De regering trekt het komende kwartaal tien tot twintig miljard uit euro uit om te voorkomen dat bedrijven omvallen.
1. Verruiming werktijdverkorting
De regeling voor werktijdverkorting wordt verruimd: bedrijven krijgen 90 procent vergoed voor medewerkers voor wie geen werk is. Tot nu nam de overheid tot maximaal 70 procent van het salaris over. De overheid kreeg tot nu toe 78.000 aanvragen voor werktijdverkorting. Dat is niet meer uitvoerbaar, zei Koolmees. “Er is behoefte aan andere aanpak, een regeling die sneller en wendbaar is.”
In plaats daarvan komt een noodfonds (de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW)), om zoveel mogelijk banen te redden. Bedrijven krijgen hierbij tegemoetkoming in hun loonkosten bij omzetverlies vanaf 1 maart 2020. Met een maximum van 90 procent van de loonsom.
Belangrijkste voorwaarden zijn: geen ontslagen en het doorbetalen van lonen. De oude regeling voor werktijdverkorting wordt per direct stopgezet. Lopende aanvragen worden naar het nieuwe systeem overgezet.
2. Noodloket: 4000 euro per ondernemer
Er komt een ‘noodloket’ voor ondernemers, een compensatieregeling voor direct en hard getroffen sectoren, zoals de horeca en de reisbranche. De zwaarst getroffen bedrijven komen gelijk in aanmerking voor een tegemoetkoming van 4000 euro.Het hele plan wordt nu uitgewerkt en met spoed voorgelegd aan de Europese Commissie, die moet beoordelen of er sprake is van geoorloofde staatssteun. De overheid komt daarna snel met de precieze voorwaarden.
3. Makkelijker lenen
Het kabinet verhoogt het garantieplafond van de Garantie Ondernemersfinanciering-regeling (GO) van 400 miljoen naar 1,5 miljard euro. Daarmee worden ondernemers geholpen die problemen ondervinden bij het verkrijgen van bankleningen en bankgaranties. Met de GO-regeling krijgen bedrijven een 50 procent garantie op bankleningen en bankgaranties (minimaal 1,5 miljoen, maximaal 50 miljoen euro per onderneming). Het maximum per onderneming wordt tijdelijk verruimd naar 150 miljoen euro.
4. Drie maanden uitstel belastingbetaling
Ondernemers krijgen ook verlichting via de Belastingdienst: getroffen ondernemers kunnen de komende drie maanden makkelijker uitstel van belastingbetaling aanvragen. De Belastingdienst stopt de invorderingen dan direct.
Dit geldt voor de inkomsten-, vennootschaps-, loon- en omzetbelastingen (btw). Eventuele verzuimboetes hoeven niet te worden betaald. Het is bovendien niet nodig meteen bewijsmateriaal mee te sturen.
De invorderingsrente die normaal gesproken ingaat na het verstrijken van de betalingstermijn wordt tijdelijk verlaagd van 4 procent naar bijna 0 procent. Dit geldt voor alle belastingschulden. Ook het tarief van de belastingrente gaat tijdelijk naar bijna 0 procent. Deze verlaging geldt voor alle belastingen met belastingrente. Het kabinet zal de belastingrente zo snel mogelijk aanpassen.
5. Rentekorting kleine ondernemers op microkredieten Qredits
Microkredietenverstrekker Qredits stelt een tijdelijke crisismaatregel open. Voor kleine ondernemers die geraakt worden door de coronacrisis wordt uitstel van aflossing aangeboden voor de duur van zes maanden. De rente wordt gedurende deze periode automatisch verlaagd naar 2 procent. Het kabinet trekt voor deze maatregel maximaal 6 miljoen euro uit.
6. Reddingsboei zzp’ers
Zzp’ers komen tijdelijk makkelijker in aanmerking voor bijstand. Zzp’ers kunnen drie maanden via een versnelde procedure een aanvulling krijgen op hun levensonderhoud. Die hoeft niet te worden terugbetaald. De procedure wordt versneld door de partner- en vermogenstoets weg te laten. En het geld wordt binnen vier weken betaald, in plaats van de huidige 13 weken. Een voorschot is ook mogelijk. In tegenstelling tot de voormalige regeling geldt er tijdelijk geen vermogenstoets en wordt er geen rekening gehouden met het partner inkomen.
7. Stopzetting toerismebelasting
Tot slot gaat het kabinet in overleg met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) over de mogelijkheid om (voorlopige) lokale aanslagen – in het bijzonder de toeristenbelasting – aan ondernemers stop te zetten. En om al opgelegde aanslagen aan bedrijven in te trekken.
Ook is het Rijk in overleg met de cultuursector “om te kunnen aansluiten bij generieke maatregelen en eventuele verbijzondering indien dat nodig is”.